Wat bij winters weer?

Tijdens de winter kunnen de weersomstandigheden het verkeer wat bemoeilijken. Hierbij enkele tips voor wie stapt of fietst naar én voor tijdens je cambio-reservatie…

De basis

• Bij slecht weer vertrek je beter wat vroeger. Om het veilig te houden, zul je trager moeten wandelen, fietsen en rijden dan gewoonlijk. Pas indien nodig dus je cambio-reservatie aan.
• Hou meer afstand bij regen, mist, sneeuw, ijzel of wind.
• Hou je aandacht steeds bij het verkeer en laat je niet afleiden.
• Zorg voor een vlotte rijstijl en vermijd bruuske manoeuvres, zoals optrekken of remmen.

 

Te voet

• Stap rustig en maak geen bruuske bewegingen.
• Wees aandachtig voor een gladde ondergrond. Kijk waar je stapt.
• Zorg dat andere weggebruikers je makkelijk kunnen zien. 

 

Op de fiets

• Controleer je fiets regelmatig: check de remblokjes, de reflectoren, de verlichting, het profiel van uw banden en de bandenspanning (mag iets minder op glad wegdek).
• Verhoog je zichtbaarheid en kies voor LED-verlichting (die blijft branden als je stilstaat).
• Vermijd zware bagage bij glad weer. Gebruik bij voorkeur fietstassen aan de twee zijden en verdeel de bagage over de twee tassen.
• Kies de veiligste route, ook al is het traject misschien wat langer.
• Rij rustig en creëer zo meer reactietijd, zeker in bochten.
• Wegmarkeringen kunnen erg glad zijn. Wees voorzichtig tijdens het remmen en probeer zo veel mogelijk tussen de lijnen te rijden.
• Let op voor tramsporen. Kruis tramsporen met een voldoende grote hoek.

 

Veilig op weg met je cambio deelwagen

Rijden in (hevige) regen

• Steek de dimlichten van je cambio aan, en bij hevige regen het mistlicht achteraan.
• Op een nat wegdek is je stopafstand ook veel langer dan op een droog wegdek. Hou daar rekening mee… Pas uw snelheid aan en hou meer afstand.
• Let op voor aquaplaning of watergladheid door stilstaand water en plassen op het wegdek.
• In de winter kan de zon heel laag staan of extra reflecteren bij regen of sneeuw, denk eraan om een zonnebril mee te nemen.

Rijden bij hevige wind

• Let op voor wegvliegende obstakels op de weg (takken, bladeren…).
• Een hevige zijwind kan de wagen naar één kant duwen. Corrigeer dit door bij te sturen.
• Wees voorzichtig bij het inhalen van fietsers. Zij kunnen door een rukwind plots van hun baan afwijken.
• Hou bij het uitstappen het portier stevig vast, anders kan het terug dicht of verder open waaien.

Rijden in mist

• Rij met je dimlichten aan.
• Bij een zichtbaarheid van minder dan 100m gebruik je jouw mistlicht achteraan.
• Bij dichte mist schakel je ook de mistlichten vooraan in.
• Gebruik geen grote lichten (die verblinden de tegenliggers en ook jezelf).
• Neem meer afstand en verminder geleidelijk je snelheid.
• Blijf rechts rijden en haal niet in.

Rijden bij sneeuw of ijzel

• Voor vertrek: maak de lichten schoon en zorg voor propere ruiten en spiegels (ijsvrij en niet bedampt). Zorg ook dat de ruitenwissers niet bevroren zijn.
• Gebruik geen handrem bij extreme koude. Zet je cambio bij voorkeur in versnelling. Door de vorst kan de remkabel vastvriezen.
• Plaats de wielen recht om te vertrekken.
• Probeer het voertuig tijdens het rijden zo lang mogelijk in beweging te houden.
• Verliezen de banden grip, duw dan onmiddellijk de koppelingspedaal in.
• Rij in een hogere versnelling door sneller te schakelen.
• Wees extra voorzichtig op bruggen, op- en afritten van autosnelwegen en viaducten.
  • Let op bij kruispunten: vlak ervoor is het vaak extra glad.
  • Op kleinere wegen wordt vaak niet gestrooid.
  • Let op voor schaduwzones. Deze zones van de weg blijven bij het ontdooien langer glad.
• Slippen doe je natuurlijk liever niet, maar als het moet … Blijf kalm en ga niet bruusk remmen en ontkoppel.
  • Een gouden regel: ontwijk eventuele obstakels door te kijkenin de richting waar je naartoe wil.
  • Kijk niet naar de hindernissen.
  • Vertraag voldoende vóór een bocht. Hou de stuurbewegingen soepel en constant. 
  • Rem af op de motor om het slippen te vermijden. Verlies je toch de controle over het voertuig, herstel je grip door het rempedaal te lossen en opnieuw te remmen. Hou rekening met verandering in de remafstand:
    • Vochtig wegdek 2 x zo glad als een droog wegdek
    • Besneeuwd wegdek 4 x zo glad als een droog wegdek
    • Bevroren wegdek 8 x zo glad als een droog wegdek
  • Als de wielen doorslippen op een helling, schakel dan in een hogere versnelling. De trek- of stuwkracht op de wielen zal afnemen waardoor de grip van uw voertuig zal verhogen.
  • Heel wat van onze wagens hebben 4 seizoensbanden. Wil je zeker zijn? Duidt dit dan aan als optie bij je reservatie.

Wat als het toch fout loopt?
Ons callcenter is 24/7 telefonisch bereikbaar voor al jouw vragen tijdens je rit. 

Onze fleetmedewerkers doen er alles aan om jouw wagen tiptop in orde te houden.  
Ontbreekt een ijskrabber of is er toch geen ruitenwisservloeistof meer?  Laat ons dat weten zodat we het probleem zo snel mogelijk kunnen oplossen.

Veilige rit!


Info via politie.be.